Het is maandagochtend 6 uur, 3 maart 1980. Het is koud en donker. Vanuit de Overtoom klinkt een dreigend laag gebrom dat langzaam over gaat in luid gebulder: een helverlichte colonne van vijf Leopard 1 legertanks, begeleid door 1500 ME’ers, rijdt door Amsterdam naar de Eerste Constantijn Huygensstraat, kruising Vondelstraat. Daar wacht een menigte van ongeveer 600 krakers bewapend met stenen, stokken en Molotovcocktails hen op.
Ruim een week eerder vindt de proloog van de veldslag plaats: op zaterdag 23 februari 1980 wordt het leegstaande pand Vondelstraat 72 gekraakt. De gemeente heeft het beleid om onmiddellijk te ontruimen en dus grijpt nog diezelfde nacht de Mobiele Eenheid in en zet de krakers uit het pand. De krakers keren echter een kleine week later terug en herkraken het pand op vrijdag 29 februari. Weer treedt de ME –drie pelotons sterk- op, maar dit keer ontaardt de ontruiming in een bloedige matpartij waarbij 53 politiemensen gewond raken.
Proloog van een veldslag
De krakers bakenen vervolgens hun grondgebied af met barricades, waarvan het opwerpen wordt vergemakkelijkt door bouwmaterialen die aanwezig zijn voor wegwerkzaamheden in de buurt: aggregaatwagens en bouwketen worden de straat op gesleept. De plek wordt omgedoopt tot ‘Vondelvrijstaat’, de meeste krakers verblijven hier dag en nacht. Er branden kampvuren en ’s avonds treden er bands op, de kraakactie krijgt trekken van een grimmig soort braderie. Menig Amsterdammer besluit een dagje uit naar de krakersbarricades te maken. Buurtbewoners geven de krakers soep en warme dekens, maar er zijn ook bewoners die de discussie aangaan over nut en noodzaak van de hele situatie. Toch is de sfeer gespannen; verschillende winkels worden geplunderd.
Zondagavond 2 maart, stilte voor de storm
Incognito het slagveld verkennen
Inmiddels is er koortsachtig overleg tussen burgemeester Polak en zijn hoofdofficier en hoofdcommissaris. De hoofdcommissaris maakt duidelijk dat er geen andere mogelijkheid is om de kraakactie te beëindigen dan met het inschakelen van tanks en pantservoertuigen. Hoofdinspecteur Van Schaardenburg, commandant van de Mobiele Eenheid, krijgt de opdracht in samenwerking met marechaussee en landmacht een plan voor de actie te maken. Dit plan behelst het opruimen van de barricades met groot materieel en dito machtsvertoon, inclusief scherpschutters voor het geval de tankbemanning in het nauw komt.
De commandant van de tankcolonne Majoor Van Erp verkent incognito een dag voor de slag het veld: hij mengt zich ongeschoren en in spijkerbroek tussen de krakers en helpt zelfs met het bouwen van de barricades. Burgemeester Polak geeft de politie het mandaat om te schieten in geval van nood. Wel moet dit van tevoren aan de krakers kenbaar gemaakt worden. Daarom wordt besloten vlak voor het begin van de actie via een helikopter pamfletten uit te werpen met daarop de waarschuwing dat er geschoten zal worden indien er Molotovcocktails of andere wapens worden gebruikt.
De duikvlucht van Wiegel
Op de avond voorafgaand van de actie komt de crisisgroep -bestaande uit onder meer burgemeester Polak, de ministers van Defensie en Justitie- op Schiphol bijeen. De minister van Binnenlandse Zaken Hans Wiegel moet er ook bij zijn, en hij wordt door een helikopter in Friesland bij zijn boerderij opgehaald. Wiegel: “Ik zat bij die jongens achterin en zei: ‘Wat vinden jullie ervan mannen, zullen we even over de Vondelstraat vliegen?’ ‘Heel goed, excellentie.’ ‘En wij daarboven, je zag de krakers al een beetje weglopen. Ik zei: ‘Durven jullie een duik naar beneden te maken?’ ‘Wij wel’. Zoef we gingen zo naar beneden. Daar renden ze allemaal de huizen in. ‘
De veldslag
Om 4 uur ‘s ochtends de volgende dag vertrekt een colonne van vijf tanks vanuit legerbasis Crailoo, nabij Hilversum. Busjes vol ME’ers positioneren zich rond 6 uur bij de Vondelstraat, pantserwagens komen vanuit verschillende richtingen aangereden. Een helikopter hangt in de lucht en gooit de pamfletten uit. De colonne tanks draait de hoek Overtoom/Eerste Constantijn Huygensstraat in. De krakers zijn voorbereid: een oplettende buurtbewoner heeft de tanks al rond 5 uur ’s ochtends door de stad horen rijden en dit gemeld bij Stad Radio Amsterdam, een zender die de krakers beluisteren. Via een megafoon wordt de boodschap die op de uitgeworpen pamfletten staat herhaald, met de nadruk op de dreigende zin ‘De colonne eenmaal in beweging kan niet worden gestopt’.
De eerste tank rijdt dwars door een brandende barricade heen, moeiteloos steen, puin en bouwmaterialen aan de kant schuivend. De krakers begroeten de ME’ers met de Hitlergroet en gezamenlijk scanderen van ’Sieg Heil’. Sommige krakers staan bovenop gekantelde bouwketen en weten zich ternauwernood in veiligheid te brengen zodra de tanks daar op in rijden. Loodzware graafmachines worden door de tanks opzij geschoven alsof het lege kartonnen dozen zijn.
Een pantservoertuig rijdt over een barricade de Vondelstraat in
De hele actie duurt nauwelijks een half uur, de zon komt op en terwijl het dag wordt neemt de Mobiele Eenheid bezit van de straat. Hierna blijft het nog lang onrustig rond het gebied: er zijn de hele dag ernstige rellen rond de Bilderdijkstraat/Jacob van Lennepkade, de politie lost schoten en een dienstdoende agent zou later verklaren dat meerdere van zijn toenmalige collega’s na deze dag een kunstgebit nodig hadden.
Hevige gevechten na het opruimen van de barricades bij de Bilderdijkstraat/Jacob van Lennepkade
’s Avonds keert de rust terug, de omgeving rond de Overtoom biedt de onwaarschijnlijke aanblik van een rampgebied. Alleen de barricades zijn opgeruimd, het gekraakte pand Vondelstraat 72 wordt ongemoeid gelaten. Inmiddels is het gebouw verkocht aan een projectontwikkelaar die het opgesplitst heeft in koopappartementen.