Café De Toog, stamkroeg van Herman Brood

Herman Brood beschildert de stamtafel van café De Toog, links van hem manager Koos van Dijk, 1995
Herman Brood beschildert de stamtafel van café De Toog, links van hem manager Koos van Dijk, 1995

Herman Brood had vele stamkroegen in Amsterdam, maar café De Toog in de Helmersbuurt nam een bijzondere positie in. Het was niet alleen stamkroeg van Brood, maar ook jarenlang de verzamelplek waar vandaan Herman en zijn Wild Romance het land in trokken om op te treden.

Zodra Bas Brouwer in 1990 De Toog begint is Herman Brood daar vaste gast. Bas kent Brood nog uit andere horecagelegenheden en een aantal leden van Broods band The Wild Romance wonen bij De Toog in de buurt. Brood zelf woont in die tijd boven café Dante in de Spuistraat, maar is sowieso veel te vinden rond de Overtoom: café Toomeloos, Ebeling, Huize Ria. Café De Toog, gelegen aan de Nicolaas Beetstraat/hoek Brederodestraat, is het vertrekpunt van vele Herman Brood-optredens in de jaren ‘90. Manager Koos van Dijk houdt er kantoor, en Herman zit er dagelijks in zijn eentje te tekenen. Koos is één van de eersten met een mobiele telefoon in die tijd en heeft een vaste plek in De Toog boven bij het raam, de enige plek waar in die tijd acceptabele dekking is.

Café De Toog

Voorheen zit hier op de Nicolaas Beetsstraat 142 respectievelijk een café, eethuis en een koffiehuis. Eigenaar Brouwer is gepokt en gemazeld in de Amsterdamse horeca, hij is bedrijfsleider geweest in de roemruchtige discotheek Juliana’s bij het Hilton, waar maffiabaas Klaas Bruinsma zijn laatste nacht doorhaalde en voor de deur wordt doodgeschoten, en hij staat achter de bar van café Monico op het Rembrandtplein, waar begin jaren ’80 de Duitse punkzangeres Nina Hagen en Herman Brood binnen komen lopen. Herman bezoekt Monico regelmatig, en gebruikt het als afspreekplek voor dates. Waar hij vervolgens de helft van de tijd niet bij komt opdagen, en Bas deze vriendinnetjes van Brood ‘opvangt’. Eén van deze Brooddates wordt uiteindelijk zelfs Bas’ echtgenote.

Tweede gedeelte van de schildersessie van Herman Brood in De Toog. Linksboven bij de gokkast staat toenmalig eigenaar Bas Brouwer
Tweede gedeelte van de schildersessie van Herman Brood in De Toog. Linksboven bij de gokkast staat toenmalig eigenaar Bas Brouwer

De Broodtafel van De Toog

Café De Toog is vanaf het begin een klassiek Amsterdams bruin buurtcafé met een zeer gevarieerde mix aan bezoekers: studenten, buurtbewoners, toeristen en dus kunstenaars en muzikanten. Omdat de stamtafel van De Toog wel een nieuw kleurtje kan gebruiken besluit Brood deze te beschilderen. Op een middag ergens in 1995 gaat Brood onder het toeziend oog van Bas Brouwer en de vaste Toog-clientèle aan de slag. Na elke schilderpoging wordt Bas om zijn mening gevraagd, en deze reageert drie keer negatief, waarna Brood met een witte verfroller de beschilderde tafel overschildert. De vierde compositie wordt goedgekeurd en hangt tegenwoordig ingelijst bij De Toog aan de muur -met daaronder dus nog drie Broodschilderijen, eigenlijk hangen er dus vier Broods in één- na jarenlang als tafel dienst te hebben gedaan.

Herman Brood and his Wild Romance treden op bij café De Toog, koninginnedag 1995
Herman Brood and his Wild Romance treden op bij café De Toog, koninginnedag 1995

Herman Brood

Hermanus Brood wordt in 1946 geboren in Zwolle in een gezin van vier kinderen. Zijn oudere zus brengt hem aan de rock&roll door een plaat van de Everly Brothers. Herman leert piano spelen en luistert veel naar Little Richard, geld steelt hij uit zijn moeders portemonnee om platen van te kopen. Een sterke scholier is hij niet, Brood is geïnteresseerd in tekenen, dichten en muziek, niet in schoolwerk. Hij blijft meerdere malen zitten op de Zwolse HBS, die hij koste wat kost drie jaar vol wil maken aangezien dat de eis is om toegelaten te worden tot de kunstacademie. Dat lukt in 1964 als hij toegelaten wordt tot de kunstacademie van Arnhem. Hij wordt hier echter al na drie maanden van verwijderd wegens ‘ongeregeld gedrag’. Ondertussen is hij wel bij zijn eerste bandje The Moans gaan spelen, een band die later bekend wordt als Long Tall Ernie and the Shakers.

Cuby and the Blizzards
In de periode dat hij bij The Moans speelt ontdekt Brood speed. In 1967 gaat Brood bij Cuby and the Blizzards spelen, waar hij alweer twee jaar later wegens excessief drugsgebruik uitgezet wordt. De drugsverslaafde Brood gebruikt 2 gram speed per dag, de alcoholist Brood is geen wijn- of bierdrinker, maar drinkt ‘een litertje’ gedestilleerd van de zoete soort: Crème de menthe, Grand Marnier. In de jaren die volgen na Cuby and the Blizzards zit Brood voornamelijk in de gevangenis of bevindt zich op reis in Turkije of Israel, waar hij geruime tijd in een kopermijn werkt. Terug in Nederland speelt hij toch weer even bij Cuby and the Blizzards en richt in 1975 ook nog de band Vitesse op die begin jaren ’80 een paar grote hits scoort met Rosalyn en Good lookin’, maar dan is Herman al lang weer vertrokken.

Glorietijd: The Wild Romance
In 1976 treedt hij met Cuby and the Blizzards op in café ‘t Pleintje in Winschoten. Eigenaar is Koos van Dijk die een artiest ziet in Brood en hem aanmoedigt zijn eigen band op te richten en aanbiedt zijn manager te worden. Waar Brood op ingaat, en in november 1976 wordt Herman Brood and his Wild Romance opgericht. De glorietijd van Brood breekt aan, hij scoort zijn grootste hit met Saturday Night dat ook in de Amerikaanse hitlijsten terecht komt en hij neemt de film Cha Cha op met punkzangeres Nina Hagen met wie hij een kortstondige affaire heeft. Een Amerikaanse toer wordt ondernomen, die echter op een deceptie uitloop. De daar opgenomen plaat Go Nutz kan niet in de schaduw staan van voorganger Shpritz, en wordt afgekraakt. Broods hoogtijdagen zijn voorbij.

Vaderschap en schilderscarrière
In 1985 trouwt Brood met Xandra Jansen en wordt vader van dochter Lola, wat een compleet andere kant van hem laat zien. Herman is zo idolaat van zijn dochter dat hij volgens eigen zeggen baalt als ze moe wordt en slaapt, iets wat jonge ouders vreemd in de oren zal klinken. Brood vadert, musiceert, tekent, dicht – hij publiceert de strip ‘Stil daar is ie’ en de dichtbundel ‘Zoon van alle moeders’, en schildert vooral, wat op zich best een prestatie is aangezien Herman kleurenblind is.

De 'Dikke Bertha', in 92/93 beschilderd door Herman Brood. Hier roeide een team gesponsord door café De Toog mee door de grachten en deed mee aan de Harlingen/Terschellingrace
De ‘Dikke Bertha’, in 92/93 beschilderd door Herman Brood. Hier roeide een team gesponsord door café De Toog mee door de grachten en deed mee aan de Harlingen/Terschellingrace

Schilderen wordt zijn belangrijkste passie, Herman beschildert doeken, rolluiken, bussen, winkels, en dus in De Toog ook cafétafels. Daarnaast blijft hij optreden en platen maken met een hernieuwde Wild Romance. Ook de allergrootste artiesten kennen Brood: in 1997 bezoekt het voltallige U2 Herman in zijn woning/atelier in Dante, Bono refereert in de dat jaar gehouden Europe MTV awards in zijn dankwoord aan dat bezoek. Eind jaren ’90 betaalt Brood echter de tol voor jarenlang drank- en drugsmisbruik, zijn lichaam en geest raken ernstig in verval.

Een laatste Grand Marnier

De laatste stamkroeg van Brood is de bar van het Hilton hotel aan de Apollolaan, waar hij dan in de buurt woont. Hier drinkt hij op 11 juli 2001 een laatste Grand Marnier, waarna hij de lift neemt naar de hoogste etage en van het dak springt. Herman Brood wordt 54 jaar. Bas Brouwer doet De Toog eind jaren ’90 van de hand maar woont nog steeds boven zijn voormalig eigendom en is er nog regelmatig aan de bar en op het terras te vinden.

Herman Brood backstage vlak voor een optreden in Eindhoven, 1998
Herman Brood backstage vlak voor een optreden in Eindhoven, 1998

(Foto’s: Privécollectie Bas Brouwer, ANP)

Auteur: Frank van Vuuren

Communicatiemedewerker Gemeente Amsterdam

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: