100 jaar Bauhaus en Amsterdam

OSIM00004003374_top2

In 1919 wordt in het Duitse Weimar de kunstacademie Bauhaus opgericht. De academie heeft op meerdere manieren raakvlakken met Amsterdam. Cornelis van Eesteren, verantwoordelijk voor het Algemeen Uitbreidingsplan uit 1934, bezoekt de kunst- en ontwerpschool van Bauhaus in 1922. Hij wordt er zeer door beïnvloed, de sporen daarvan zijn goed te zien in Nieuw-West. Maar ook in andere delen van Amsterdam zijn de invloeden van Bauhaus zichtbaar.

De Bauhaus academie richt zich vanaf 1919 op de ontwikkeling van moderne (modernistische) kunst- en architectuurstijlen. Het is zowel een school als een werkplaats. Internationaal vermaarde kunstenaars als de Russische Kandinsky en de Zwitserse Paul Klee geven les aan de academie, studenten vanuit heel Europa volgen er lessen. De academie is een unieke commune-achtige samenwerking van studenten en hoogleraren die gezamenlijk studeren, werken en feesten. Er ontstaan levenslange vriendschappen en liefdesrelaties. En een unieke modernistische stijl die tot ver buiten Europa toonaangevend zal blijken.

bauhaus_weimar
Het gebouw in Weimar waar de Bauhaus academie van 1919 tot 1925 gevestigd was. Daarna verhuisde de academie respectievelijk naar Dessau en Berlijn.

De Stijl

Het Hollandse De Stijl – opgericht in 1917- vormt een belangrijke inspiratiebron voor Bauhaus. Het volgt het modernisme dat een complete vernieuwing van alle kunstvormen nastreeft. Basisprincipes van zowel De Stijl als Bauhaus zijn strakke, ornamentloze functionele ontwerpen die eenvoudig in massaproductie zijn te vervaardigen. Qua kleuren wordt er slechts gebruik gemaakt van de basiskleuren blauw, geel en rood. Schilder Mondriaan zal De Stijl toepassen in zijn schilderijen, Gerrit Rietveld in zijn meubelontwerpen en architectuur. Aanjager van De Stijl is Theo van Doesburg. Hij vestigt zich in 1921 in Weimar om aan de Bauhaus academie les te geven in de grondbeginselen van De Stijl.

20191101_133311910_iOS
‘De Verfdoos’ aan de Slotermeerlaan in Nieuw-West met de basiskleuren blauw, geel en rood van De Stijl.

Van Eesteren

Ondertussen is er een nauw contact tussen Nederlandse architecten en de Bauhausmensen in Weimar. Zo reist ook Berlage er naartoe, de grote man achter het Plan Zuid uit 1917. Kortom, de Nederlanders beïnvloeden Bauhaus, en Bauhaus beïnvloedt de Nederlanders. Terug in Nederland gaat van Doesburg samenwerken met Cornelis van Eesteren, de Stedenbouwkundige die Nieuw-West vorm zal geven. Van Eesteren voegt in zijn stedenbouwkundige werk allerlei elementen uit De Stijl en Bauhaus toe. Maar vooral ook licht, lucht en ruimte om hier de armere Amsterdamse bevolking uit Jordaan en Pijp aan te laten sterken. Uit Van Eesterens Algemeen Uitbreidingsplan uit 1935: “Groen + water + zon = gezondheid is de tooverformule van onzen tijd geworden en het resultaat – een krachtig, door de zon gebruind ras van jonge mensen.”

doesburg
Cornelis van Eesteren (links) en Theo van Doesburg in hun atelier aan de Rue du Moulin Vert in Parijs, 1923.
010095000002
Het Algemeen Uitbreidingsplan van Van Eesteren uit 1935: licht, lucht en ruimte waren de sleutelwoorden, geen gesloten bouwblokken maar open strokenbouw met de zon als oriëntatie. Met als resultaat volgens Van Eesteren ‘een krachtig, door de zon gebruind ras van jonge mensen.’ Het ging om stadsuitbreidingen van het latere Nieuw-West, Watergraafsmeer en Buitenveldert.
BMAB00010000096_015
De Openluchtschool in de Cliostraat, voorbeeld van het Nieuwe Bouwen. Architectuur van Bauhaus behoort tot het Nieuwe Bouwen.

Citroëngarage

Ook de architect van het Olympisch Stadion Jan Wils, is een aanhanger van De Stijl. Dit is goed terug te zien in het Stadion: strakke vormen met repeterende vormen. Ook de Citroëngarage is van zijn hand en een voorbeeld van De Stijl en daarmee gedeeltelijk ook van Bauhaus.

citroen
De Citroëngarage bij het Olympisch Stadion, ontworpen door Jan Wils in 1930 conform De Stijl/Bauhaus. (https://creativecommons.org/licenses/by-sa/2.5/)
OSIM00004003374_top2
Begin jaren ’60 kwam er een tweede gebouw bij, ook naar ontwerp van Jan Wils.
olympischstadion_1928
Het Olympisch Stadion vlak na oplevering, 1928.
OSIM00004003334
Het Olympisch Stadion in aanbouw, links architect Jan Wils, 1927.

Tel Aviv

De grootste verzameling Bauhausgebouwen bevindt zich in Tel Aviv, de Israëlische stad waar Amsterdam een samenwerkingsverband mee heeft. Nadat Adolf Hitler in 1933 in Duitsland aan de macht komt sluiten de nazi’s de Bauhaus academie. Veel oud-docenten en studenten vluchten naar het Brits mandaatgebied Palestina. Zij vestigen zich in Tel Aviv, de Joodse voorstad van Jaffa die is ontstaan doordat Russische joden daar rond 1900 grote stukken land kochten. Hier bouwen de Duitse Bauhausarchitecten een wijk van 4000 gebouwen die tegenwoordig bekend staat als ‘The White City’. Behalve Tel Aviv komen veel studenten en docenten naar Nederland. Een aantal van hen richt in het pand Keizersgracht 498 het reclamebureau Co-op 2 op. Deze plek wordt in de jaren ’30 het vaste ontmoetingspunt voor de Bauhaus-emigranten. Sommigen van hen gaan lesgeven aan Hollandse kunstacademies, en geven op die manier het Bauhaus gedachtengoed door aan hele generaties kunststudenten. In 1942 wordt het reclamebureau onder druk van de Duitse bezetter opgeheven. Oprichter Paul Guermonprez gaat in het verzet, hij neemt onder meer deel aan de mislukte bestorming van het Huis van Bewaring om gevangen verzetsstrijders te bevrijden, oudejaarsavond 1943. Hij wordt opgepakt en samen met Gerrit van der Veen in 1944 door de Duitsers gefusilleerd.

co-op2
Keizersgracht 498, interieur van het atelier van Co-op 2 , 1937. Tevens ontmoetingsplek van veel uit Duitsland gevluchte Bauhausdocenten en studenten. Aan tafel Trude Guermonprez-Jalowetz, de vrouw van oprichter en verzetsheld Paul Guermonprez. Na de dood van Paul verhuist Trude naar Amerika waar zij hertrouwt en in 1976 overlijdt.

Bijlmermeer

Op het Algemeen Uitbreidingsplan van Van Eesteren volgt het uitbreidingsplan van de Bijlmermeer.  Burgemeester Van Hall slaat in 1966 de eerste paal, in 1968 arriveren de eerste bewoners. Net als bij het Algemeen Uitbreidingsplan ligt de gedachte van licht, lucht en ruimte eraan ten grondslag. Zes gigantische flats midden in het groen, het Nieuwe Bouwen teruggebracht tot zijn uiterste essentie. De theorie blijkt ook hier echter weerbarstiger dan de praktijk. Verloedering slaat toe en het is al snel een ongewilde plek om te wonen. Anno 2019 is een groot gedeelte van de hoogbouw gesloopt en beleeft de buurt een heropleving.

OSIM00005000263
De Bijlmermeer, vlak na oplevering begin jaren ’70.

Auteur: Frank van Vuuren

Communicatiemedewerker Gemeente Amsterdam

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: